De rit der koningen is een folkloristisch gebruik van onbekende origine, dat meestal samenvalt met de traditionele christelijke feestdagen. Deze traditie wordt in de Tsjechische Republiek alleen nog in de regio\'s Slovácko en Haná uitgvoerd, hoewel het vroeger in de hele Tsjechische republiek voorkwam.
De traditie van de rit der koningen bepaalt het verloop van de ceremoniële optocht, wie er aan deelnemen en waanneer de tocht wordt gehouden. Vroeger viel dit altijd op Pinkstermaandag (veranderlijke datum). Nu wordt de rit op vaste tijden gehouden, hoofdzakelijk op zondag.
Op kop van de groep rijden altijd omroepers en daarachter adjudanten met getrokken sabels en tussen hun in een koning - een kleine, minderjarige jongen met een roos in zijn mond. Daarachter rijden nog meer omroepers, gevolgd door adere ruiters. De koning en de adjudanten zijn gekleed in traditionele vrouwelijke klederdracht, de anderen dragen mannelijke klederdracht. Dit hele gezelschap rijdt op versierde paarden door het dorp en stoppen bij huizen waar de ruiters voor de bewoners en het toevallig aanwezige publiek korte, grappige of lovende verklaringen in versvorm voordragen. Als beloning voor hun prestaties krijgen ze meestal wat geld dat door de gevers in een spaarpot wordt gegooid of in hun hoge rijlaarzen wordt gestoken.